• Gewone hennepnetel
  • Gewone hennepnetel

Beschrijving van gewone hennepnetel

De gewone hennepnetel (Galeopsis tetrahit) is een eenjarige, 10-100 cm hoge plant uit de lipbloemenfamilie (Lamiaceae). De naam hennepnetel is gegeven omdat een blad van de hennepnetel lijkt op één enkel blaadje van het samengestelde blad van hennep (Cannabis sativa).

De plant komt van nature voor In Europa en Azië. Reeds rond 1800 was de soort in Noord-Amerika wijdverbreid. In Europa komt de plant voor van Noorwegen tot Oekraïne en van Portugal tot Letland. In Afrika komt hij in Tunesië voor, in Oceanië in Nieuw-Zeeland.

Stengels

De vierkantige stengels zijn vaak vertakt. Even onder de knopen zijn ze bultig verbreed met schuin omlaag gerichte borstelharen. Verder zijn ze kaal of bedekt met rode of gele klierharen. Ook op de kelkbladtanden zitten deze klierhaartjes.

Bladeren

De bladeren zijn eirond tot lancetvormig, gezaagd, gesteeld en blauwgroen van kleur en 3-10 cm. 

Bloemen

De in kransen groeiende bloem is tweeslachtig (een bloem met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtsorganen). De 1½-2 cm grote bloemen zijn wit, roze, paars of zelden gelig. De bloemen zijn tweelippig. De bovenlip is gewelfd en de onderlip heeft drie slippen. De onderlip is donkerder gevlekt. De middenslip van de onderlip is ongeveer even lang als breed, niet uitgerand en geel en paars van kleur. De bloemkroon is bijna twee keer zo lang als de borstelig behaarde kelk. Kelken van uitgebloeide planten worden glanzend zwartbruin. De kelk heeft vijf smalle tanden.

De gewone hennepnetel bloeit in schijnkransen van juli tot oktober.

Vruchten

De vrucht is een vierdelige splitvrucht met 2,5 – 3 mm grote nootjes. De zaden zijn kortlevend (één tot vijf jaar) en tweezaadlobbig (kiemend met twee kiemblaadjes). De plant brengt gemiddeld zo’n 2800 zaden per plant voort, die op dieptes tussen 1 en 4 cm na een koudeperiode ontkiemen. Ontkieming is het succesvolst bij relatief lage temperaturen (13 °C) en vindt niet plaats boven 25 °C.

Wetenswaardigeheden

  • De plant geldt als stikstofindicator, omdat hij bij voorkeur op voedselrijke plaatsen groeit.
  • Bij een Zwitsers onderzoek bleek dat de plant voor gaasvliegen een van de vier populaire planten is om eitjes op te leggen.
  • Zoals de meeste soorten uit de lipbloemenfamilie is ook de hennepnetel een goede nectarproducent. Door de lange bloemvorm trekt de plant hoofdzakelijk langtongige hommels. Het is de favoriete plant van de akkerhommel (Bombus pascuorum).
  • De plant fungeert als waardplant voor de hennepnetelspanner (Perizoma alchemillata), het snuitkevertje (Ceutorhynchus angulosus), het hennepnetelgoudhaantje (Chrysolina fastuosa), de chrysantenvlieg (Chromatomyia syngenesiae) en de gele aalbessenluis (Cryptomyzus galeopsidis).
  • De glanskop en de matkop (vogels) leggen van de vruchten voorraden aan.

Ecologie

Bodem

Zonnige tot licht beschaduwde, open plaatsen op vochtige tot matig droge, matig voedselrijke tot zeer voedselrijke, stikstofrijke grond (het meest op zand en veen, maar ook wel op andere grondsoorten). 

Groeiplaats

Omgewerkte grond (pioniervegetatie), moestuinen, akkers, bossen (lichte plekken in loofbossen), bosranden (voedselrijke zomen), struwelen, houtwallen, kapvlakten, puin, bermen (open plekken), plantsoenen, braakliggende grond, langs sporwegen, zeeduinen, ruigten, waterkanten (oeverruigten) en moerassen (verruigd rietland). De maximale worteldiepte bedraagt 20 cm.

Etymologie

De naam hennepnetel dankt de plant aan zijn bouw, die aan een dovenetel doet denken en omdat de jonge plant opkomt als Hennep en omdat een blad lijkt op één enkel blaadje van het samengestelde blad van Hennep. Galeopsis is afgeleid van het Griekse galea (bunzing, wezel of marter) en opsis (uitzien, voorkomen of gezicht), omdat de geopende bloemkroon werd vergeleken met de geopende bek van een bunzing, wezel of marter. Tetrahit komt waarschijnlijk van het Griekse tetra (vier) en itys (rand), vanwege de vierkante stengel.

Bronnen

Galeopsis tetrahit

Taxonomie

RijkPlanten (Plantae)
OnderrijkLandplanten (Embryophyta)
StamVaatplanten (Tracheophyta)
KlasseZaadplanten (Spermatofyta)
OrdeLamiales
FamilieLipbloemenfamilie (Lamiaceae)
GeslachtHennepnetel (Galeopsis)
GroepTweezaadlobbigen (bloemplanten) 

Herkenning

Hoogte0,15-0,75 m
BloemkleurRood tot paars
Type vruchtSplitvrucht 
Kleur vruchtOnopvallend
GeslachtsverdelingTweeslachtig 

Voorkomen in Nederland

StatusNiet bedreigd 
Trend sinds 1950Onveranderd of toegenomen 
ZeldzaamheidAlgemene soort 
IndigeniteitOorspronkelijk inheems 

Verspreiding

NederlandZeer algemeen, maar vrij zeldzaam in Zeeland en in het noordelijk zeekleigebied.
WereldEuropa, behalve in de zuidelijkste delen. Ingeburgerd in Noord-Amerika. 
Verspreidingskaart gewone hennepnetelVerspreidingskaart gewone hennepnetel

Ecologie

Biotoopvoorkeur Voedselrijke zomen
LevensduurÉénjarig 
Worteldiepte20 tot 50 cm
BloeitijdJuni – herfst 

Ontdek meer van Fauna & Flora

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Scroll naar boven