Bruin dikkopje

  • Bruin dikkopje
  • Bruin dikkopje
  • Bruin dikkopje
  • Bruin dikkopje

Leefgebied

Het bruin dikkopje komt in heel Europa voor, behalve in het uiterste noorden, en in bijna heel Azië. Ze leven op zonnige, droge locaties met bloemrijke vegetatie en op droog grasland.

In Nederland kwam het bruin dikkopje aan het begin van de twintigste eeuw verspreid over het land op veel zandgronden vrij algemeen voor. Vanaf ongeveer 1960 komt deze vlinder alleen nog in Zuid-Limburg voor in nog slechts een paar kalkgraslandjes.

Habitat

Het bruin dikkopje komt voor zowel in droge als vochtige weilanden tot 2000 meter boven de zeespiegel, zolang er maar lage en open vegetatie is zoals schrale kalkrijke graslanden, heidevelden, open plekken in bossen op zand- en kalkgrond, duinen aan de kust, spoorlijnen en braakliggende terreinen.

In bossen vliegen de imago’s in zeer schaarse bosbestanden of op bosweiden, aan de randen van paden en bosranden. De soort wordt ook aangetroffen in vennen. Ook zijn verstoringen zoals paden met een droog, warm microklimaat geschikte habitats.

Herkenning

Vlinder

Het bruin dikkopje heeft een spanwijdte van 23 tot 26 millimeter. De vleugels zijn grijsbruin of donker roodbruin, met enkele lichte vlekken en een rij witte stippen aan de buitenkant. Hier en daar is de basiskleur iets donkerder. De onderkant van de vleugels is gelijkmatig lichtbruin en is voorzien van enkele lichtere vlekken.

Rups

De tamelijk forse, onbehaarde, rupsen zijn ongeveer 18 millimeter lang. Het lichaam loopt naar uiteinden smal toe. Ze zijn lichtgroen van kleur en hebben een donkerbruine kop met verschillende gele vlekken. Over de rug loopt een smalle, niet gemakkelijk herkenbare donkergroene ruglijn. Aan het einde van hun ontwikkeling worden ze bruin.

Voedsel

De rupsen eten voornamelijk van gewone rolklaver, moerasrolklaver, paardenhoefklaver en bont kroonkruid.

Waardplanten

De belangrijkste waardplant is gewone rolklaver, maar ook paardenhoefklaver, kruipend zenegroen en kroonkruid. Ook zuigen de vlinders graag op vochtige grond, dode insecten of paardenmest.

Weetjes

  • Het bruin dikkopje komt in ons land voornamelijk nog voor op droge graslanden op slechts een paar plaatsen in Zuid-Limburg.
  • De uiterste data waarop deze soort is gezien, zijn 15 april en 24 september.

Gedrag

’s Avonds of bij slecht weer rusten ze met de voorvleugels volledig over de achtervleugels heen gevouwen. De vlinders bezoeken vooral bloemen dicht bij de grond, waarbij gele bloemen een grote rol spelen. Maar meestal worden ze alleen zonnend waargenomen en zelden nectardrinkend.

Vrouwtjes die op zoek zijn naar een afzetplaats voor de eitjes kunnen laag boven de grond vliegend worden waargenomen.

Mobiliteit

Bruine dikkopjes verplaatsten zich niet over grote afstanden, maar blijven in de buurt van hun geboorteplek waar ze op zoek gaan naar partners en voedsel. Wanneer ze geschiktere leefgebieden proberen te vinden overbruggen ze wel kleine afstanden.

Vliegtijd

De vliegtijd loopt van begin mei tot half juni in één generatie. Soms is er een twee kleinere generatie waarvan de vliegtijd van eind juli tot eind augustus loopt.

Mannetjes verschijnen een week eerder dan de vrouwtjes. Ze bezetten een territorium en wachten dan tot er een vrouwtje voorbijkomt.

Levenscyclus

Eitjes

De eitjes worden meestal op een grote jonge plant afgezet. Deze planten groeien op een open plek tussen lage vegetatie of op de kale grond. Er wordt één eitje afgezet op de bovenzijde van een blad aan de top van de plant.

Rups

Een jonge rups spint twee of drie bladeren samen met een zijden draad. Hierin overwintert hij en eet hij van de bovenzijde van het blad. Als de koker te klein wordt, maakt hij een grotere.

Ze kunnen worden waargenomen van begin juni tot begin mei van het daaropvolgende jaar.

Pop

De verpopping vindt in het voorjaar plaats in een los gesponnen cocon laag in de vegetatie.

Bedreiging

Concrete bedreigen vormen de verrijking met meststoffen waardoor de vegetatie dichtgroeit. Ook intensieve bemaaiing vormt een bedreiging omdat de rupsen overdag in hun koker zitten boven de maaihoogte. Door het kleiner worden van het leefgebied en de beperkte mobiliteit kan er geen uitwisseling met andere populaties plaatsvinden.

Bescherming

Deze vlinder is beschermd in het kader van de Wet natuurbescherming.

Bronnen

Erynnis tages

Taxonomie

RijkAnimalia
StamGeleedpotigen (Arthropoda)
KlasseInsecten (Insecta)
OrdeVlinders (Lepidoptera)
FamilieHesperiidae (Dikkopjes)
GeslachtErynnis

Kenmerken

Voorvleugellengte13 mm
Spanwijdte23-26 mm
Waardplantengewone rolklaver, paardenhoefklaver, kruipend zenegroen en kroonkruid
VliegperiodeMei-augustus
Grootte rups18 mm

Voorkomen in Nederland

StatusRode lijst: Ernstig bedreigd
ZeldzaamheidUiterst zeldzame standvlinder
BeschermingWet natuurbescherming.
Bruin dikkopje
Verspreidingskaart bruin dikkopje

Verspreiding

NederlandZuid-Limburg
WereldEuropa en Azië
BiotoopvoorkeurDroge graslanden


Ontdek meer van Fauna & Flora

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Scroll naar boven