Leefgebied van de groene vleesvlieg
De groene vleesvlieg komt op het noordelijk halfrond voor. Deze soort is invasief in Australië, Midden-Amerika en Zuid-Amerika en komt veel voor in de Verenigde Staten en Canada. Het is een van de meest voorkomende soorten uit de familie Calliphoridae (bromvliegen).
Habitat
Groene vleesvliegen worden vaak aangetroffen in of rond karkassen, uitwerpselen en afval. Ze leven in veel verschillende vegetatiezones en habitats, waaronder zowel gematigde als tropische vegetatiezones.
Herkenning
Volwassen groene vleesvliegen zijn 10 tot 14 mm lang. Ze zijn metaal- of kopergroen van kleur. Leden van deze soort hebben harige ruggen, gele monddelen en roodbruine ogen.
Eitjes van groene vleesvliegen zijn wit of geel van kleur, lang met aan één uiteinde een punt. De larven zijn 12 tot 18 mm lang en wit of geel van kleur, kegelvormig en glad van uiterlijk. De poppen zijn 9-10 mm lang. Deze zijn eerst wit maar worden donkerder tot licht- of roodbruin of zwart.
Voedsel
De larven eten uitsluitend dood organisch weefsel; aangezien de eitjes direct in aas worden gelegd, kunnen ze zich voeden met het aas waarin ze uitkomen totdat ze klaar zijn om te verpoppen.
De volwassenen zijn gevarieerder in hun dieet en eten aas en uitwerpselen, evenals stuifmeel en nectar. Het zijn belangrijke bestuivers en veroorzakers van ontbinding.
Het stuifmeel kan worden gebruikt als een alternatieve eiwitbron, vooral voor drachtige vrouwtjes die grote hoeveelheden eiwit nodig hebben en geen betrouwbaar aas kunnen vinden.
Drachtige vliegen worden met name aangetrokken door bloemen die een aasachtige geur verspreiden, zoals de Helicodiceros muscivorus (een plant uit de aronskelkfamilie). Deze bloemen misleiden de vliegen om ze te bestuiven door de geur van een lijk na te bootsen, maar de vliegen bezoeken ook vaak bloemen als het madeliefje, en worden dan aangetrokken door de kleur geel, evenals door de geur van bloemen. Dit geeft aan dat de vliegen worden aangetrokken door bloemen, niet alleen omdat ze naar aas ruiken (in het geval van de aronskelk), maar vooral vanwege het stuifmeel dat de bloem biedt.
Gedrag
De iriserende vlieg is vaak te zien op rottende vaste stoffen (vlees- en plantenresten), uitwerpselen, maar ook op bloemen, waar hij nectar opzuigt. De vliegtijd van is van juni tot september. Het zijn dagdieren.
De vlieg geeft de voorkeur aan gastheersoorten van het geslacht Ovis, met name gedomesticeerde schapen, en legt soms eieren in de natte wol van levende schapen. Dit kan tot problemen leiden voor schapenhouders.
Binnen enkele uren tot dagen komen er maden uit de eitjes, die zich met mondhaken vastzetten aan de huid van het schaap. De larven boren zich onder de huidoppervlakte en zetten het onderhuidse weefsel aan tot rotten zodat ze de opgeloste voedingsbestanddelen kunnen opnemen. Hier voeden de maden zich met het vlees uit de huid. De rottende geur werkt zeer attractief en kan andere insecten aantrekken op relatief grote afstanden. Een besmet dier komt dus in een vicieuze cirkel terecht: steeds meer insecten zullen hun eitjes komen afzetten op het slachtoffer. Wanneer er veel maden op een schaap zitten, kan het schaap binnen een week sterven.
De eerste volwassen exemplaren verschijnen van april tot mei. Ze verdwijnen rond eind oktober. Op warme, droge dagen blijven de larven waar ze zijn uitgebroed. Ze verlaten hun schuilplaatsen op regenachtige nachten. De larven kunnen in willekeurige richtingen trekken of kunnen allemaal tegelijk in een rechte lijn bewegen. Zo zijn ze in een rechte lijn waargenomen richting de zonsopkomst.
Voortplanting
Het vrouwtje legt haar eitjes in allerlei soorten aas, soms in de huid of het haar van levende dieren, waardoor myiasis ontstaat. De larven voeden zich met rottend organisch weefsel.
De levenscyclus van de groene vleesvlieg is typerend voor vliegen van de bromvliegen familie. Nadat het vrouwtje het eitje heeft afgezet, komt er een larve uit die tijdens de groei drie stadia doorloopt; het prepop- en het popstadium (die afhankelijk van de temperatuur snel worden doorlopen of gaan overwinteren) en daarna het volwassen stadium of imago.
Om te beginnen legt het vrouwtje een massa eitjes in aas. Deze komen, nadat ze op de gastheer zijn afgezet, uit tussen negen uur en drie dagen, waarbij eitjes die bij warmer weer zijn gelegd sneller uitkomen dan die bij koeler weer zijn gelegd.
De vliegen zijn buitengewoon productief; een enkele vrouwtje legt doorgaans 150 tot 200 eitjes per legsel en kan tijdens haar leven 2000 tot 3000 eitjes produceren. De lichtgele of grijsachtige kegelvormige larven hebben twee achterste siphonen waardoor ze ademen. De larven zijn middelgroot, variërend van 10 tot 14 millimeter lang.
De larve voedt zich 3 tot 10 dagen met dood of necrotisch weefsel, afhankelijk van de temperatuur en de kwaliteit van het voedsel. Tijdens deze periode doorloopt de larve drie larvale stadia. Bij een temperatuur van 16 ° C duurt het eerste larvale stadium ongeveer 53 uur, het tweede ongeveer 42 uur en het derde ongeveer 98 uur. Bij hogere temperaturen, zeg 27 °C, duurt het eerste larvale stadium ongeveer 31 uur, het tweede ongeveer 12 uur en het derde ongeveer 40 uur.
Larven van het derde stadium kennen een “zwervend” stadium en laten zich van de gastheer vallen om een geschikte locatie te vinden met zachte grond, waar ze zichzelf begraven voor het popstadium, dat gewoonlijk 6 tot 14 dagen duurt. Door zich te begraven kan de pop op een meer betrouwbare manier uitdroging of predatie vermijden. Hoe groter de larve, hoe verder hij kan trekken om een geschikte plek te vinden om te verpoppen. Ze zijn opmerkelijk actief en kunnen meer dan 30 meter afleggen voordat ze verpoppen. Als de temperatuur echter voldoende laag is, kan een pop in de grond overwinteren totdat de temperatuur stijgt. Nadat hij uit de pop is gekomen, voedt de volwassene zich opportunistisch met nectar, stuifmeel, uitwerpselen of aas terwijl hij groeit.
Volwassenen leggen ongeveer 2 weken nadat ze zijn uitgekomen eitjes. De volledige levenscyclus varieert doorgaans van 2 tot 3 weken, maar dit varieert door seizoens- en andere omgevingsomstandigheden. De groene vleesvlieg voltooit gewoonlijk drie of vier generaties per jaar in koude, gematigde klimaten en meer in warmere streken.
De volwassen vliegen leven ongeveer 5 weken.
Bronnen
- Groene vleesvlieg. (2022, april 1). Wikipedia, de vrije encyclopedie. Opgehaald 03:51, mei 12, 2022 van https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Groene_vleesvlieg&oldid=61502212.
- Wikipedia contributors. (2022, January 6). Common green bottle fly. In Wikipedia, The Free Encyclopedia. Retrieved 15:04, May 12, 2022, from https://en.wikipedia.org/w/index.php?title=Common_green_bottle_fly&oldid=1064104107
- Seite „Goldfliege“. In: Wikipedia – Die freie Enzyklopädie. Bearbeitungsstand: 10. Februar 2022, 15:28 UTC. URL: https://de.wikipedia.org/w/index.php?title=Goldfliege&oldid=220065555 (Abgerufen: 12. Mai 2022, 15:04 UTC)
- Myiasis. (2021, november 30). Wikipedia, de vrije encyclopedie. Opgehaald 20:20, mei 12, 2022 van https://nl.wikipedia.org/w/index.php?title=Myiasis&oldid=60445506.
- Hauze, D. 2020. “Lucilia sericata” (On-line), Animal Diversity Web. Accessed May 12, 2022 at https://animaldiversity.org/accounts/Lucilia_sericata/
Lucilia sericata | |
Taxonomie | |
---|---|
Rijk | Animalia |
Stam | Arthropoda (Geleedpotigen) |
Klasse | Insecta (Insecten) |
Orde | Diptera (Tweevleugeligen) |
Familie | Calliphoridae (Bromvliegen) |
Geslacht | Lucilia |
Kenmerken | |
Grootte | 10 – 14 mm |
Voeding | Dood organisch weefsel, aas, uitwerpselen, stuifmeel en nectar. |
Vliegperiode | April – oktober |
Voortplanting | |
Paartijd | April – oktober |
Aantal eitjes | 150 tot 200 eitjes per legsel |
Uitkomen eitjes | April – oktober |
Eerste lavale stadium | 53 uur |
Tweede lavale stadium | 42 uur |
Derde lavale stadium | 98 uur |
Popfase | 6 – 14 dagen |
Voorkomen in Nederland | |
Status | |
Zeldzaamheid | |
Bescherming | |
Verspreiding | |
Nederland | |
Wereld | Noordelijk halfrond. Invasief in Australië, Midden-Amerika en Zuid-Amerika en komen veel voor in de Verenigde Staten en Canada. |
Biotoopvoorkeur | Veel verschillende vegetatiezones en habitats, waaronder zowel gematigde als tropische vegetatiezones. |
Ontdek meer van Fauna & Flora
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.