Beschrijving van het klein geaderd witje
Leefgebied
Mondiaal
Het klein geaderd witje heeft een breed verspreidingsgebied dat zich uitstrekt over het noordelijk halfrond. De soort komt voor in Europa, Noord-Afrika, grote delen van Azië en Noord-Amerika. In Noord-Amerika is hij vooral te vinden in Canada en de noordelijke staten van de VS, waar hij zich heeft aangepast aan koelere klimaten en kortere zomers. In Azië reikt zijn verspreiding tot in Siberië en delen van Centraal-Azië, waar hij voorkomt in bergachtige en vochtige gebieden.
Europa
Binnen Europa is het klein geaderd witje wijdverspreid van het Iberisch Schiereiland tot Scandinavië en van Ierland tot de Balkan. Hij komt in vrijwel alle Europese landen voor, met uitzondering van de meest zuidelijke en droge regio’s. Hij is bijzonder talrijk in vochtige graslanden, bosranden en bergachtige streken zoals de Alpen en de Karpaten.
Nederland
In Nederland is het klein geaderd witje een zeer algemene vlinder die in vrijwel het hele land voorkomt.
Habitat en biotoop
Hij leeft voornamelijk in vochtige, halfschaduwrijke omgevingen zoals bosranden, bloemrijke graslanden en heggen. Deze soort geeft de voorkeur aan gebieden waar waardplanten zoals pinksterbloem en look-zonder-look overvloedig aanwezig zijn. Hij komt vaak voor in landschappen met een afwisseling van open en beschutte plekken, wat gunstig is voor zowel de voortplanting als het zoeken naar nectar. In bergachtige streken zoals de Alpen en Pyreneeën is hij eveneens goed vertegenwoordigd, waar hij zich aanpast aan koelere temperaturen en kortere groeiseizoenen.
Zijn biotoop kenmerkt zich door een combinatie van vochtigheid, vegetatierijkdom en een gematigd klimaat, wat hem in staat stelt om meerdere generaties per jaar voort te brengen.
Herkenning
Vlinder
De vlinder heeft een witte kleur met een opvallende grijsgroene adering op de onderzijde van de vleugels, wat hem onderscheidt van andere witjes. De bovenzijde van de vleugels is wit met zwarte vlekken, waarbij vrouwtjes doorgaans twee stippen op de voorvleugels hebben en mannetjes één. De vleugellengte bedraagt 22 tot 26 millimeter en de spanwijdte ligt tussen de 40 en 48 millimeter. Deze afmetingen maken hem tot een middelgrote dagvlinder die sierlijk en licht fladderend vliegt.
Rups
De rups is langwerpig en groen van kleur, met een fijne witte lengtestreep aan de zijkant en korte haren verspreid over het lichaam. De rups bereikt een lengte van ongeveer 25 millimeter wanneer hij volgroeid is. De kleur en vorm zorgen voor een uitstekende camouflage tussen de bladeren van waardplanten zoals pinksterbloem en look-zonder-look.
Pop
De pop is meestal groen of lichtbruin en heeft een slank, hoekig uiterlijk met een puntige kop en een lichte kromming in het borstgedeelte. De pop wordt vaak bevestigd aan stengels of bladeren met een zijden gordel en een ankerpunt aan het achterlijf. De structuur van de pop is stevig en aerodynamisch, wat bescherming biedt tijdens de overwintering of de rustperiode tussen generaties.
Voedsel
De vlinder voedt zich voornamelijk met nectar van diverse bloemen. Hij bezoekt graag planten zoals paardenbloem, distel, klaver en andere nectarproducerende soorten die in open en bloemrijke habitats voorkomen. Zijn voorkeur voor laag groeiende bloemen maakt hem vaak zichtbaar in graslanden en langs bosranden, waar hij actief foerageert op zonnige dagen.
Waardplanten
De waardplanten zijn vooral kruisbloemigen, waarop de vrouwtjes hun eitjes afzetten en de rupsen zich voeden. Pinksterbloem, look-zonder-look en andere wilde planten uit de kruisbloemenfamilie behoren tot de belangrijkste waardplanten. Deze planten komen veel voor in vochtige graslanden en langs heggen, waardoor ze een ideale omgeving vormen voor de ontwikkeling van de rupsen.
Weetjes over het klein geaderd witje
- In bergachtige gebieden zoals de Alpen kan deze soort tot op hoogtes van 2000 meter voorkomen, wat uitzonderlijk is voor een witje.
- De pop van deze vlinder kan overwinteren en soms pas na bijna een jaar uitkomen, wat een strategie is om ongunstige omstandigheden te overleven.
- De soort vertoont regionale variatie in vleugeltekening en grootte, afhankelijk van het klimaat en de hoogte waarop hij leeft.
Gedrag
Vlinder
De vlinder vertoont actief en doelgericht gedrag tijdens het zoeken naar nectar en partners. Mannetjes patrouilleren vaak langs bosranden en open plekken om vrouwtjes te vinden, waarbij ze een karakteristieke, licht fladderende vlucht vertonen. Ze zijn vooral actief op zonnige dagen en bezoeken regelmatig bloemen met veel nectar. Vrouwtjes leggen hun eitjes afzonderlijk aan de onderzijde van bladeren van waardplanten, wat wijst op selectief en voorzichtig gedrag bij de voortplanting.
Rups
De rups is relatief traag en beweegt zich voornamelijk over de waardplant waarop hij leeft. Hij voedt zich met bladeren van kruisbloemigen en blijft meestal goed gecamoufleerd tussen het groen. Zijn gedrag is gericht op voedselopname en het vermijden van predatie, waarbij hij zich zelden verplaatst tenzij de plant ongeschikt wordt.
Mobiliteit
De mobiliteit van de vlinder is matig tot goed, afhankelijk van de omgeving en het seizoen. Het klein geaderd witje kan zich over aanzienlijke afstanden verplaatsen, vooral in open landschappen met voldoende nectarbronnen. In bergachtige gebieden is hij in staat om hoogteverschillen te overbruggen, wat wijst op een zekere mate van aanpassingsvermogen en vliegkracht.
Vliegtijd
De vliegtijd varieert per regio. In gunstige omstandigheden kunnen er tot vier generaties per jaar voorkomen, waarbij de pieken in activiteit vaak samenvallen met de bloei van waardplanten en nectarbronnen. In koelere streken is de vliegtijd beperkter en zijn er meestal slechts twee generaties per jaar.
Levenscyclus
De levenscyclus van het klein geaderd witje bestaat uit vier fasen: ei, rups, pop en vlinder.
Eitjes
Het vrouwtje legt haar eitjes afzonderlijk aan de onderzijde van bladeren van waardplanten zoals pinksterbloem en look-zonder-look. Het aantal eitjes per vrouwtje varieert, maar kan oplopen tot enkele tientallen per generatie. De eitjes zijn klein, ovaal en lichtgeel van kleur en komen na vijf tot zeven dagen uit, afhankelijk van de temperatuur.
Rups
De rups die uit het ei komt is aanvankelijk zeer klein en ondergaat vier tot vijf vervellingen voordat hij volgroeid is. De rupsfase duurt gemiddeld twee tot drie weken, waarbij de rups zich voedt met bladeren van kruisbloemige planten. Naarmate hij groeit, wordt hij groen met een witte lengtestreep en korte haartjes, wat hem goed camoufleert in de vegetatie.
Pop
Na de laatste vervelling verpopt de rups zich tot een slanke, hoekige pop die meestal groen of lichtbruin is. De pop wordt bevestigd aan een stengel of blad met een zijden gordel en een ankerpunt aan het achterlijf. Deze fase duurt tien tot twintig dagen, afhankelijk van het seizoen. In sommige gevallen overwintert de pop, waarbij de ontwikkeling pas na enkele maanden wordt hervat.
Vlinder
De volwassen vlinder komt uiteindelijk uit de pop en is herkenbaar aan zijn witte vleugels met grijsgroene adering aan de onderzijde. Hij leeft gemiddeld twee tot drie weken, waarin hij nectar verzamelt en zich voortplant. In gunstige omstandigheden kunnen er tot vier generaties per jaar voorkomen, wat bijdraagt aan de brede verspreiding van deze soort.
Bedreiging
Het klein geaderd witje wordt momenteel niet beschouwd als een bedreigde soort. Hij is algemeen verspreid en ecologisch flexibel, waardoor hij goed kan overleven in verschillende habitats, inclusief stedelijke gebieden. Zijn populatieaantallen blijven stabiel in veel delen van Europa en Noord-Amerika, en hij profiteert van het brede aanbod aan waardplanten en nectarbronnen.
Bescherming
Wat betreft bescherming is het klein geaderd witje in de meeste landen niet specifiek wettelijk beschermd, omdat hij niet als kwetsbaar of zeldzaam wordt aangemerkt. Hij valt echter wel onder bredere initiatieven voor het behoud van biodiversiteit en leefgebieden, zoals het beheer van bloemrijke graslanden en het stimuleren van ecologisch tuinieren. Deze indirecte maatregelen dragen bij aan het behoud van gezonde populaties, ook al is er geen gerichte beschermingsstatus voor de soort zelf.
Bronnen
- Butterfly Conservation. (z.d.). Green-veined white (Pieris napi). Geraadpleegd op 5 augustus 2025, van https://butterfly-conservation.org
- UK Butterflies. (z.d.). Pieris napi – Green-veined White. Geraadpleegd op 5 augustus 2025, van https://www.ukbutterflies.co.uk/species.php?species=napi
- Lepiforum e.V. (z.d.). Pieris napi. Geraadpleegd op 5 augustus 2025, van https://lepiforum.org/wiki/page/Pieris_napi
- Pyrgus.de. . (z.d.). Pieris napi – Green-veined White. Geraadpleegd op 5 augustus 2025, van https://www.pyrgus.de/Pieris_napi_en.html
- Wikipedia. (2025, augustus 5). Green-veined white. Geraadpleegd op 5 augustus 2025, van https://en.wikipedia.org/wiki/Green-veined_white
- De Vlinderstichting. (z.d.). Klein geaderd witje (Pieris napi). Geraadpleegd op 5 augustus 2025, van https://www.vlinderstichting.nl/vlinders/overzicht-vlinders/details-vlinder/klein-geaderd-witje
- Natuur Dichtbij. (z.d.). Klein geaderd witje. Geraadpleegd op 5 augustus 2025, van https://www.natuur-dichtbij.nl/vlinders/witjes/klein-geaderd-witje/
- Klein geaderd witje Pieris napi | Nederlands Soortenregister, geraadpleegd 5 augustus 2025
- NDFF Verspreidingsatlas | Pieris napi – Klein geaderd witje, geraadpleegd 5 augustus 2025
Pieris napi | |
Taxonomie | |
|---|---|
| Rijk | Animalia |
| Stam | Geleedpotigen (Arthropoda) |
| Klasse | Insecten (Insecta) |
| Orde | Vlinders (Lepidoptera) |
| Familie | Pieridae (Witjes) |
| Geslacht | Pieris |
| Synoniemen | |
Kenmerken | |
| Voorvleugellengte | 22-26 mm |
| Spanwijdte | 40-48 mm |
| Waardplanten | Vooral kruisbloemigen zoals pinksterbloem en look-zonder-look |
| Vliegperiode | April tot september |
| Grootte rups | 25 mm |
Voortplanting | |
| Aantal eitjes | Enkele tientallen eitjes per generatie |
| Eifase | 5-7 dagen |
| Rupsfase | 2-3 weken |
| Popfase | 10-20 dagen |
Voorkomen in Nederland | |
| Status | Oorspronkelijk |
| Zeldzaamheid | Zeer algemene vlinder |
| Bescherming | Niet wettelijk beschermd |
Verspreidingskaart klein geaderd witje | |
Verspreiding | |
| Nederland | Vrijwel het hele land |
| Wereld | Europa, Afrika, Azië, Noord-Amerika |
| Biotoopvoorkeur | Vochtige, halfschaduwrijke gebieden zoals bosranden en bloemrijke graslanden |
Ontdek meer van Fauna & Flora
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.