• Icarusblauwtje
  • Icarusblauwtje
  • Icarusblauwtje

Leefgebied van het icarusblauwtje

Icarusblauwtjes komen voor in heel Europa, Noord-Afrika en Azië en de Canarische Eilanden. In de Alpen komen ze voor tot op een hoogte van 2000 meter. In 2005 werd de soort ontdekt in Quebec, Canada.

Nederland

In Nederland is de verspreiding sinds het begin van de vorige eeuw nauwelijks veranderd. Wel zijn er vindplaatsen, met name in verstedelijkt gebied, bijgekomen. Dit komt vermoedelijk doordat tegenwoordig vaker waarnemingen van algemene vlindersoorten worden doorgegeven. Ongetwijfeld kwam deze soort vroeger ook veel voor in hetzelfde, onbebouwde, landelijke gebied. Op dit moment is het een algemene standvlinder.

Habitat

Het icarusblauwtje leeft in allerlei open, korte en vrij ruige kruidenrijke vegetaties zowel op arme, droge grond alsook op rijkere, vochtige bodems. De hoogste dichtheden worden gevonden in droge graslanden. De soort houdt van afwisseling in de vegetaties. Voorbeelden zijn halfnatuurlijke graslanden, allerlei lage pioniersvegetaties, parken, wegbermen en dijken.

Herkenning

Vlinder

Het icarusblauwtje heeft een spanwijdte van 25 tot 30 millimeter en een voorvleugellengte van 15 mm.

Bij deze soort komt geslachtsdimorfisme voor, wat veel voorkomt bij vlinders, waardoor mannetjes en vrouwtjes er heel verschillend uitzien. De bovenzijde van de vleugels bij mannetjes is blauw met een dunne zwarte rand. De bovenkant van de vleugels van vrouwtjes is onopvallend bruin met een rij oranje vlekken langs de randen van de vleugels (marginale vlekken) en meestal wat blauw aan de basis.

De onderzijde van de vleugels is bij beide geslachten grijsbruin met zwarte vlekken, omzoomd door witte en oranje vlekken op de vleugelrand.

Rups

De rupsen zijn tot 13 millimeter lang. Ze zijn groen met een bleekgroen patroon en bedekt met borstelharen. De vorm is gedrongen en wordt naar de achterkant toe smaller.

Voedsel

De vlinders voeden zich met nectar van vooral vlinderbloemigen, maar ook andere kruiden worden bezocht. Ze vliegen meestal laag boven de vegetatie.

Waardplanten

De rupsen worden op diverse vlinderbloemigen gevonden zoals sikkelklaver, hopklaver, kleine klaver, gewone rolklaver, moerasrolklaver, paardenhoefklaver, bont kroonkruid, kattendoorn en kruipend stalkruid. De jonge rupsen mineren.

Weetjes

  • Jonge rupsen eten van het tussenweefsel van het blad; de buitenlaag blijft intact. Grotere rupsen eten het hele blad.
  • De soort overwintert als rups in de strooisellaag of laag tegen een stengel van de waardplant.
  • Veel vrouwtjes zijn van boven bruingekleurd met oranje vlekjes. Daardoor worden ze soms aangezien voor een bruin blauwtje.

Gedrag

De eerste vlinders verschijnen eind april. De dichtheid is doorgaans hoog, zo´n 24 tot 124 individuen per hectare. De vlinders overnachten vaak in kleine groepjes in beschutte graspollen. Twee tot drie vlinders zitten dan met de kop naar beneden op een grasspriet. In de vroege ochtend en de late namiddag zijn ze geregeld te zien op deze gezamenlijke rustplaatsen.

Mannetjes zijn territoriaal en houden patrouillevluchten om vrouwtjes te zoeken. Ze verdedigen hun territorium vanuit vaste punten en achtervolgen allerlei vliegende insecten. Uit experimenten blijkt dat mannetjes vaker blauwe dan anders gekleurde vlinders benaderen en verjagen. 

Mobiliteit

Het icarusblauwtje is een mobiele vlinder. Hij gebruikt graslanden en (spoor)wegbermen als verbindingszones. Zelfs verstedelijkt gebied of intensief gebruikt agrarisch land vormt geen barrière. In 1960 werd hij al in Lelystad waargenomen, wat erop duidt dat deze soort in staat is snel nieuw land te koloniseren.

Vliegtijd

Het icarusblauwtje vliegt in twee, soms drie generaties. De eerste vliegt tussen half mei en eind juni, de tweede tussen half juli en eind augustus. Soms vliegt er een derde generatie van begin september tot half oktober. De generaties kunnen elkaar overlappen zodat in goede jaren dit blauwtje van eind april tot half oktober kan worden gezien. De uiterste vliegdata zijn 2 april en 4 november. Hij overwintert als halfvolgroeide rups

Levenscyclus

Tijdens de balts vliegen mannetje en vrouwtje met een snelle vleugelslag en hangen secondenlang achter elkaar ‘stil’ in de lucht. Wordt het paar niet verstoord door andere mannetjes, dan landen ze op of tussen de vegetatie. Het mannetje loopt dan achter het vrouwtje aan, terwijl beide vlinders de vleugels op en neer bewegen, waarna de paring volgt.

Eitjes

Het vrouwtje zet de eitjes afzonderlijk af op de bovenzijde en aan de basis van jonge bladeren aan de top van een plant. De gekozen planten staan doorgaans in een korte vegetatie met meerdere bijeen. Vrouwtjes van de eerste generatie zetten de eitjes vooral af op kleine klaver, vrouwtjes van latere generaties gebruiken met name rolklaver.

Rups

Aanvankelijk mineert de jonge rups in het blad, dat wil zeggen dat alleen het tussenweefsel van het blad wordt gegeten; de buitenlaag blijft intact. Dit rupsje leeft dus in het blad. Latere stadia van de rups leven aan de buitenzijde en eten het hele blad. Halfvolgroeide rupsen overwinteren in de strooisellaag of laag tegen de stengel van de waardplant.

Pop

De verpopping vindt plaats op de grond.

Predatie

Rupsen worden zelden, en alleen in het laatste stadium, bezocht door mieren, poppen worden soms meegenomen naar het nest.

Bedreiging

Het icarusblauwtje is een algemene standvlinder en een goede pionier die zich ook in kleinere terreinen langdurig kan handhaven. Het gebruik van bestrijdingsmiddelen heeft een negatief effect op het voorkomen van deze soort.

Bronnen

Polyommatus icarus

Taxonomie

RijkAnimalia
StamGeleedpotigen (Arthropoda)
KlasseInsecten (Insecta)
OrdeVlinders (Lepidoptera)
FamilieLycaenidae (Kleine pages, vuurvlinders en blauwtjes)
GeslachtPolyommatus

Kenmerken

Voorvleugellengte15 mm
Spanwijdte25-30 mm
WaardplantenDiverse vlinderbloemigen zoals sikkelklaver, hopklaver, kleine klaver, gewone rolklaver, moerasrolklaver, paardenhoefklaver, bont kroonkruid, kattendoorn en kruipend stalkruid.
VliegperiodeEind april tot half oktober
Grootte rups13 mm

Voortplanting

EitjesHet vrouwtje zet de eitjes afzonderlijk af op de bovenzijde en aan de basis van jonge bladeren aan de top van een plant
RupsHalfvolgroeide rupsen overwinteren
PopDe verpopping vindt plaats op de grond

Voorkomen in Nederland

StatusOorspronkelijk. Minimaal 10 jaar achtereen voortplanting.
ZeldzaamheidAlgemene standvlinder
Bescherming
Icarusblauwtje
Verspreidingskaart Icarusblauwtje

Verspreiding

NederlandAlgemene standvlinder
WereldHeel Europa, Noord-Afrika en Azië en de Canarische Eilanden
BiotoopvoorkeurAllerlei open, korte en vrij ruige, kruidenrijke vegetaties zowel op arme, droge grond alsook op rijkere, vochtige bodems

Ontdek meer van Fauna & Flora

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Scroll naar boven